“Het is geen probleem, maar het voelt wel zo!”
(over hoe saboterende overtuigingen – geprogrammeerd in ons onderbewuste brein – onze ambities en gedrag bepalen)
Recent mocht ik een topondernemer begeleiden. Hij worstelde met een – zakelijk? – dilemma. Een aantal jaren geleden had hij zijn droom waargemaakt door de aanschaf van een A-merk personenauto. De koning te rijk was hij!
Zo’n auto ‘hoorde op zijn niveau’ en ‘in het netwerk waarin hij al jaren vertoefde’.“ Het is daarnaast “goed voor mijn imago”, zo vertelde hij me en “het geeft me het nodige zelfvertrouwen om zaken te kunnen doen”. Maar de crisis had ook de branche waarin hij werkte in zijn greep. Ook in zijn bedrijf moest op de kosten worden gelet. Allerlei uitgaven werden weer eens kritisch tegen het licht gehouden en waar nodig werd er flink gesneden. Uiteindelijk ontkwam hij er niet aan en was ook de auto onderwerp van heroverweging. En dat deed pijn. Mentale (emotionele) pijn!
Afscheid nemen van zijn droomauto? Loslaten? Kleiner gaan rijden? Statusverlies? Wat zouden zijn ‘vri€nden’ daar wel niet van zeggen?
Allerlei ongewenste gevoelens maakten zich – op de meest vreemde momenten – van hem meester. En die stemmingswisselingen hadden zo weer hun invloed op de sfeer thuis en in zijn zakelijke contacten.
Hij begreep niet waar die gevoelens vandaan kwamen en deed er alles aan om deze te onderdrukken en niet te voelen. Hij was al tot het besef gekomen dat het zo niet kon doorgaan (door o.a. zijn onrustgevoelens en slaapproblemen) en wilde bij zichzelf onderzoeken waar zijn ongewenste gevoel vandaan kwam. Als neurocoach begeleidde ik hem bij het opsporen en transformeren van zijn emotionele frictie (op onderbewust niveau). De ‘stoorzenders’ in zijn brein die hem parten speelden (en die hij al eerder in zijn leven had opgedaan ten tijde van allerlei voor hem ingrijpende momenten en gebeurtenissen) werden stuk voorstuk opgespoord¹ en omgezet in inspirerende energie.
Zijn saboterende en belemmerende overtuigingen verdwenen als sneeuw voor de zon.
En daarvoor in de plaats kwamen allerlei overtuigingen die hem – en last but not least zijn bedrijf – ten goede kwamen. Hij heeft zijn ‘droomauto’ inmiddels verkocht, rijdt nu in een prachtige nieuwe en goedkopere! auto. De koning te rijk is hij!
Zijn dilemma was objectief gezien geen probleem, maar het voelde zo!
Jaap